Verlangen

Vanuit een onmeetbare diepte kijkt ze me aan. Verleidend. Uitnodigend. Alsof elke stap die ze ooit had gezet was geweest om hier uit te komen. Bij mijn antwoord op haar. Mijn adem stokt, ik zoek naar woorden omdat elke seconde stilte me verder meesleurt in haar verlangen. Ze is aan het overleven, vanuit een diep instinct dat in al die jaren verfijnd is tot in perfectie.

Ze heeft me zojuist verteld hoe het gegaan is, toen ze klein was. Een jaar of zeven. Ze ging spelen bij de buren en de buurman deed spelletjes met haar. Vernederend, kleinerend. Met schaamte en vol schuld vertelt ze me hoe hij haar betastte, hoe ze het toe liet en dat hij soms over haar heen plaste. Mijn maag draait zich om, ik voel paniek. Mijn hoofd wordt rood en ik voel zweet op mijn voorhoofd. Maar dat niet alleen. Ik voel het tekort schieten van mijn therapeutische vaardigheden, en misschien wel mijn tekort als mens. Ik weet het  niet. Wat ik wel weet is dat mijn vraag “hoe was dat voor je” schraal klinkt, onzeker, een zwaktebod.

Ze kijkt naar me, en ze ziet het, ze voelt het. Ik kan het niet aan. Ik ben mijn houvast kwijt, weet niet hoe ik haar kan helpen. Deze gruwelverhalen verstikken mij, maar vooral de hulpverlener in mij, die overal raad op weet, altijd een antwoord heeft. Hij is stil, en ik schiet zelf in een overlevingsmodus. Ze kijkt me aan en meteen begint ze te vertellen hoe fijn ze het vindt dat ik er wel voor haar ben, hoe ze bij mij alles kwijt kan. Hoe ze zou willen dat ze zo iemand als vriend had. En dan kijkt ze me aan met een blik die elke man doet smelten. Bijna voel ik me gekoesterd. In de verte hoor ik een stem in mijn hoofd, “wakker worden Arie”. En dan pas dringt het tot me door.

Ze is me aan het redden. Hier zit ik met een vrouw die haar diepste geheimen en haar kwetsbaarheid aan mij toevertrouwd, die steeds weer dezelfde cirkeltjes draait in relaties omdat ze bang is om verlaten te worden. En wat doe ik? Ik verlaat haar, en ze redt mij! En zichzelf, zoals ze haar hele leven zichzelf al redt. Door mannen te verleiden, en ze trappen er in, allemaal. Inclusief ikzelf. Blijkbaar is de geruststellende dankbaarheid van mijn cliƫnte en haar flirterige gedrag ook mijn redding, mijn voeding.

Met haar uitdagende maar tedere blik, die de belofte in zich draagt elk verlangen te sussen, kijkt ze naar mij, en verlaat zichzelf, keer op keer. Maar ik zie nu dat ze het doet en hoe ze het doet. Zou ik het durven zeggen? Mijn hart bonst in mijn keel. Of ben ik dan te confronterend? Ik moet in ieder geval iets doen. Maar dan moet ik ook weer bij mezelf komen, en stoppen met deze innerlijke dialoog. Wat voel ik? Ik wil haar vast houden. Nu is de verwarring compleet. Ik kan deze vrouw niet vasthouden, dan geef ik het verkeerde signaal. Daarnaast word ik meteen ontslagen als iemand er achter komt en wat als ze een klacht in dient. En waarom wil ik haar vast houden? Ben ik iets voor mezelf aan het verstoppen?

Ik kijk, en dan zie ik haar ineens. Hoe klein ze is, hoe bang ze is, hoe ze alles verstopt om mij niet te belasten en hoe ik haar in de steek laat nu. Met trillende ledematen sta ik op en zet mijn stoel naast haar. Ik leg mijn hand op haar schouder, kijk haar aan en zeg... niets. Ze wendt haar blik af naar de grond. Ik ben vastberaden. Wat er ook gebeurt, ik blijf bij haar. Of ze me nu verleidt, boos wordt, instort of me weg duwt. Bijna gelijk met mijn innerlijke besluit beginnen haar tranen te vallen. Ze huilt, en huilt, en huilt en ik blijf naast haar zitten, mijn ogen tranen. Haar verdriet beroert me, wat kan een mens toch onmetelijk diep lijden. Ik heb een hand op haar knie en een hand op haar schouder. Ze huilt de rest van de sessie. Dan staat ze op en kijkt me aan. Haar blik is anders dit keer. Ze ziet mij. Of zie ik haar? Ze omhelst me, ik voel een mens. Na een ogenblik me in de ogen te hebben gekeken zegt ze “dank je wel” en vertrekt. Ik blijf achter met verwarde gevoelens maar een ding is voor mij duidelijk. Vanaf nu blijf ik er bij als iemand lijdt. En als iemand een schouderklopje nodig heeft of een arm om hem heen geef ik die. Geen afstand meer als ik zie en voel dat er contact nodig is om te helen, of dat nou fysiek is of emotioneel. En met dit besluit treed ik de volgende mens tegemoet.

Arie Hoek
GTO-1

2 opmerkingen:

  1. Wat een prachtig weergave van je innerlijke dialoog Arie. Je beschrijft de tweespalt, de introjecten, de dilemma’s die daar uit voort komen en hoe je uiteindelijk gehoor geeft aan je awareness met een authentieke keuze. Zo te handelen vergt moed, vind ik. Compliment!

    BeantwoordenVerwijderen